Dagelijks Woord

Meer over NGB

NGB art. 1 - 5

BELIJDENIS DES GELOOFS
der Gereformeerde Kerken in Nederland, overgezien in de Nationale Synode, gehouden te Dordrecht, in de jaren 1618 en 1619

Artikel 1.
Dat er een enig God is.

Wij geloven allen met het hart en belijden met den mond dat er is een enig en eenvoudig geestelijk Wezen, Hetwelk wij God noemen: eeuwig, onbegrijpelijk, onzienlijk, onveranderlijk, oneindig, almachtig; volkomen wijs, rechtvaardig, goed, en een zeer overvloedige Fontein van alle goed.

Artikel 2.
Door wat middel God van ons gekend wordt.

Wij kennen Hem door twee middelen. Ten eerste door de schepping, onderhouding, en regering der gehele wereld; overmits deze voor onze ogen is als een schoon boek, in hetwelk alle schepselen, grote en kleine, gelijk als letteren zijn, die ons de onzienlijke dingen Gods geven te aanschouwen, namelijk Zijn eeuwige kracht en Goddelijkheid, als de apostel Paulus zegt, Rom. 1:20; welke dingen alle genoegzaam zijn om de mensen te overtuigen, en hun alle onschuld te benemen. Ten tweede geeft Hij Zichzelven ons nog klaarder en volkomener te kennen door Zijn heilig en Goddelijk Woord, te weten, zoveel als ons van node is in dit leven, tot Zijn eer en de zaligheid der Zijnen.

Artikel 3.
Het Woord van God.

Wij belijden dat dit Woord Gods niet is gezonden noch voortgebracht door den wil eens mensen, maar de heilige mensen Gods, van den Heiligen Geest gedreven zijnde, hebben [het] gesproken, gelijk de heilige Petrus zegt. Daarna heeft God, door een bijzondere zorg, die Hij voor ons en onze zaligheid draagt, Zijn knechten den profeten en apostelen geboden Zijn geopenbaarde woord bij geschrift te stellen; en Hij Zelf heeft met Zijn vinger de twee tafelen der wet geschreven. Hierom noemen wij zulke schriften: Heilige en Goddelijke Schriften.

Artikel 4.
De canonieke boeken.

Wij vervatten de Heilige Schrift in twee Boeken, des Ouden en des Nieuwen Testaments, welke zijn canonieke Boeken, waar niets tegen valt te zeggen. Deze worden aldus geteld in de Kerke Gods. De boeken des Ouden Testaments: de vijf boeken van Mozes, te weten Genesis, Exodus, Leviticus, Numeri, Deuteronomium; het boek van Jozua, der Richteren, Ruth, twee boeken van Samuël, en twee boeken der Koningen, twee boeken der Kronieken, genaamd Paralipomenon, het eerste van Ezra, Nehemia, Esther, Job, de Psalmen van David, drie boeken van Sálomo, namelijk de Spreuken, de Prediker, en het Hooglied; de vier grote profeten, Jesaja, Jeremía (met deszelfs Klaagliederen*), Ezechiël en Daniël, en voorts de andere twaalf kleine profeten, namelijk Hoséa, Joël, Amos, Obadja, Jona, Micha, Nahum, Hábakuk, Zefánja, Haggaï, Zacharía, Maleáchi. Het Nieuwe Testament: de vier evangelisten, Matthéüs, Markus, Lukas, Johannes; de Handelingen der apostelen, de veertien brieven van den apostel Paulus, te weten aan de Romeinen, twee aan de Korinthiërs, aan de Galaten, aan de Eféziërs, aan de Filippenzen, aan de Kolossenzen, twee aan de Thessalonicenzen, twee aan Timótheüs, aan Titus, aan Filémon, aan de Hebreeën; de zeven brieven der andere apostelen, te weten de brief van Jakobus, twee brieven van Petrus, drie van Johannes, de brief van Judas, en de Openbaring van den apostel Johannes.
* De Klaagliederen werden destijds niet afzonderlijk geteld, maar tot het boek Jeremía gerekend.

Artikel 5.
Het gezag van de Heilige Schrift.

Al deze boeken alleen ontvangen wij voor heilig en canoniek, om ons geloof daarnaar te reguleren, daarop te gronden en daarmede te bevestigen. En wij geloven zonder enige twijfeling al wat daarin begrepen is; en dat niet zozeer omdat ze de Kerk aanneemt en voor zodanige houdt; maar inzonderheid omdat ons de Heilige Geest getuigenis geeft in onze harten dat zij van God zijn; en dewijl zij ook het bewijs daarvan bij zichzelven hebben: aangezien de blinden zelven tasten kunnen dat de dingen die daarin voorzegd zijn, geschieden.

 

  • © hersteld hervormde kerk 2024