Vr. 101. Maar mag men ook godzaliglijk bij den Naam Gods een eed zweren?
Antw. Ja, als het de overheid van haar onderdanen, of anderzins ook de nood vordert, om trouw en waarheid daardoor te bevestigen, en dat tot Gods eer en des naasten heil; want zulk eedzweren is in Gods Woord gegrond a, en daarom ook van de heiligen in het Oude en Nieuwe Testament recht gebruikt geweest b.
a Deu. 6:13, Deu. 10:20, Jes. 48:1, Heb. 6:16
b Gen. 21:24, Gen. 31:53, Joz. 9:15, 1Sam. 24:22, 2Sam. 3:35, 1Kon. 1:29, Rom. 1:9, Rom. 9:1, 2Kor. 1:23 (* 1Sam. 24:22 AV = 1Sam. 24:23 SV)
Vr. 102. Mag men ook bij de heiligen, of bij enige andere schepselen een eed zweren?
Antw. Neen; want een rechten eed zweren is God aanroepen, dat Hij, als Die alleen het hart kent, der waarheid getuigenis wil geven, en mij straffe, indien ik valselijk zweer a; welke eer aan geen schepsel toebehoort b.
a 2Kor. 1:23, Rom. 9:1
b Mat. 5:34-36, Jak. 5:12